Tsunejirō Tomita
Tsunejirō Tomita 富田 常次郎 28-02-1865 – 13-01-1937
Tomita was een Japanse judoka en de eerste judoka die samen Saigō Shirō die de eerste dan (shodan) kreeg van Jigoro Kano in het Kodokan judo, hij kreeg postuum de 7e dan graad. Hij was een van de “Vier Bewakers van de Kōdōkan” samen met met Yamashita Yoshitsugu, Sakujiro Yokoyama en Saigō Shirō.
Hij ging de Kodokan in juni 1882 in als uchi deshi of inwonende student op aanbeveling van Jigoro Kano’s vader. Hij werd de gebruikelijke trainingspartner van Kano. Hoewel hij fysiek de minst begaafde was van Kano’s eerdere studenten, was hij toegewijd en had hij een sterke wil.
Tomita had zijn eerste wedstrijd namens Kodokan in 1884, toen hij werd uitgedaagd door Hansuke Nakamura. Hij was een politie-instructeur en een man van formaat en werd beschouwd als de stoerste man in Japan. Omdat hij veel zwaarder was dan Tomita, daagde hij hem uit om te vechten, in de overtuiging dat hij superieur was.
Maar zodra de wedstrijd begon, scoorde Tomita meteen een tomoe nage, en hij herhaalde de techniek nog twee keer. Nakamura probeerde een tegenaanval uit te voeren, maar toen voerde Tomita een Hiza guruma uit en beëindigde de wedstrijd met een Juji jime op de grond, waardoor Nakamura flauwviel. Tomita werd geprezen door de toeschouwers en aangekondigd als een held vanwege zijn overwinning.
Geïnspireerd door het succes van Yamashita Yoshitsugu in de Verenigde Staten (Yamashita leerde onder meer president Roosevelt judo ) besloot de 39-jarige Tomita te verhuizen naar New York City. Net als Yamashita nam Tomita een jonge assistent mee als tentoonstellingspartner.
De jongeman was Maeda Mitsuyo, een 26-jarige judoka die later fundamenteel werd voor de ontwikkeling van Braziliaans jiu-jitsu (BJJ). Tomita, Maeda en Soshihiro Satake arriveerden op 8 december 1904 in New York City, slechts een jaar nadat Yamashita naar de Verenigde Staten was gekomen.